4 mei 2014: Pantanal – Cuiabá

Nog één keer maakten we een ochtendwandeling naar de apentoren, samen met onze gids en één andere vrouwelijke toerist (die wel geïnteresseerd was in onze Roberto!). Na een kwartier lopen in het aardedonker, op de steigerhouten planken, schrok Dylan. Hij was de hekkensluiter van ons gezelschap en had geen licht. Hij fluisterde:”Laurien, schijn eens bij. Ik geloof dat er iets achter me zit.” Ik scheen. Achter Dylan liep de lieve hond die we een dag eerder hadden ontmoet! Hij wandelde kilometers achter ons aan, tot we bij de toren kwamen. Samen met Roberto klommen we omhoog. Eenmaal boven hoorden we de hond janken. Roberto ging een kijkje nemen. De hond was tot halverwege de gammele houten toren geklommen. Roberto tilde hem op en bracht hem weer naar beneden. Even later hoorde we weer gejank; vlakbij dit keer. De hond was opnieuw de 25 meter hoge toren opgeklommen. Hij kwam ons vrolijk begroeten, de lieverd! Roberto moest hem daarna opnieuw naar beneden dragen. We hadden opnieuw een prachtige zonsopkomst bijgewoond en Dylan en ik liepen alvast, samen met de hond, terug naar de lodge. Opeens sloegen de brulapen alarm (ze hadden de hond gezien!). Vlakbij zat een groep apen. Zó bijzonder! De hond week niet van onze zijde, dus de apen bleven brullen, tot een andere groep het in de verte van ze overnam. Roberto, die ons inmiddels ingehaald had, leek onder de indruk van onze apen-spot-skills.


Terug in de lodge hadden we de laatste middag vrijaf. We rustten lekker uit aan de rand van het zwembad en Dylan had nog een amusant gesprek met een jonge Zuid-Afrikaan die tot zijn ongenoegen was ingedeeld bij de club bejaarde toeristen.

Na de, wederom overheerlijke, lunch vertrokken we richting Cuiabá. Onderweg kochten we nóg wat souvenirs! In Cuiabá logeerden we in een basic hotel, mét zwembad.

Reacties